Pages

vrijdag 27 augustus 2010

Wat vinden de CDA-leden van de formatie?

Onderzoek onder leden van partijen is een lastige klus voor peilingsbureaus. Het ledenaantal van partijen is laag, waardoor zelfs de grote databases van de onderzoeksinstellingen maar een gering aantal partijleden bevatten. TNS NIPO kon bijvoorbeeld slechts 362 CDA-leden vinden in zijn database (cijfers uit 2007). Het gevolg is dat we dit soort onderzoeksuitkomsten heel voorzichtig moeten interpreteren (lees: met een flinke korrel zout moeten nemen).

Het valt op dat van de 223 ondervraagde CDA-leden (van de 362 in de database van TNS NIPO) er 35 inmiddels geen lid meer waren. Dat betekent een opzegpercentage van 15%. In totaal is het ledenaantal van het CDA met nog geen 3% afgenomen over dezelfde periode (januari 2007-januari 2010). En in dat cijfer zit ook nog natuurlijk verloop (overlijdens, CDA'ers zijn nou eenmaal over het algemeen niet erg jong). Dit verschil kan toeval zijn, maar het kan ook betekenen dat er relatief veel politiek geengageerde (en kritische) respondenten in de database zitten. Of mensen die meer politiek bewust zijn geworden omdat ze regelmatig worden ondervraagd.

Van de 223 ondervraagde leden bleek 48% voor het kabinet te zijn; 39% was tegen. De foutmarge voor deze percentages is ongeveer +/- 6,3%, althans indien er een aselecte steekproef zou zijn getrokken. De steekproef in dit onderzoek is echter niet aselect; TNS NIPO geeft duidelijk aan dat de resultaten daarom gewogen zijn. Dit zorgt ervoor dat de echte foutmarge vermoedelijk nog groter is. Het verschil tussen voor- en tegenstanders is volgens de peiling 9%. De foutmarge van dit verschil is minimaal 11,4%: er is dus een behoorlijke kans dat het verschil het gevolg is van de steekproeftrekking. Daarom moet je concluderen dat er statistisch gezien geen verschil is. De uitkomsten komen overigens grotendeels overeen met een eerdere enquete van het Eenvandaag opiniepanel (55% voor, 39% tegen).

Het peilingbureau is zich waarschijnlijk bewust van deze beperkingen en legt in de presentatie van de resultaten de nadruk op citaten van de ondervraagden in plaats van de cijfers (in tegenstelling tot veel media). Die citaten laten een interessant beeld zien: de voorstanders zijn veelal voorzichtig in hun redeneringen ('enig overgebleven oplossing', 'moeten wij dit maar proberen', 'minderheidskabinet zal Wilders alleen nog maar groter maken'), terwijl de tegenstanders heel duidelijk zijn in hun afwijzing ('onacceptabel', 'extreme partij', 'ideologie Wilders deugt niet'). Het aantal 'overtuigde' voorstanders ('dit doet recht aan de verkiezingsuitslag') van een rechts kabinet onder CDA-leden lijkt, althans in deze enquete, klein.

Veel zal afhangen van de precieze inhoud van het regeerakkoord. Bevat dat genoeg van het CDA-programma, dan is er een gerede kans dat een meerderheid van de leden (c.q. congresbezoekers) zal instemmen. Mocht dat echter tegenvallen - en Wilders zich de komende tijd op voor CDA'ers onaangename wijze roeren - dan kan de dynamiek op het congres onvoorspelbaar worden. Voorlopig lijkt Verhagen de situatie, met hulp van zijn partijvoorzitter, met enige moeite onder controle te kunnen houden. Zet hij die lijn voort, dan komt dit rechtse kabinet er gewoon.

2 opmerkingen:

  1. Goede analyse, Tom. Maar een vreemde conclusie. Deze formatie wordt sterk bepaald door incidenten. De onderhandelingen over PVC kwamen op gang na een bijzondere ingreep van Lubbers: buiten zijn formatieopdracht stelde hij voor informele gesprekken te laten voeren. Vervolgens kwam er een minderheidsvariant uit die voor de achterban van alle partijen het minst gewenst was, behalve voor een grote minderheid van CDA-kiezers. Dat is gezien de positie van het CDA eigenlijk bizar. De afgelopen week kreeg de formatie ineens een andere wending nadat Bleker ineens voorwaarden ging stellen en er een nieuwe brief van Lubbers op tafel lag.

    Ik denk dat we het niet kunnen voorspellen, de uitkomst van deze formatie. Er gebeurt elke keer weer iets raars. Het doet me een beetje denken aan NN Taleb, Black Swans. Het reguliere, procesmatige kunnen we voorspellen met kansberekening en statistiek, maar dat is doorgaans niet wat bepalend is.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. @Jasper Dank voor je reactie. Ondanks wellicht onverwachte wendingen, is deze formatie toch ook redelijk voorspelbaar gebleken. De rechtse coalitie is de eerste voorkeur van twee van de drie betrokken partijen (PVV/VVD) en de tweede voorkeur van het CDA (na middenkabinet). Onder de kiezers van deze drie partijen liggen de verhoudingen ook zo (zie mijn eerdere post over de coalitieruimte). Dan is het niet zo vreemd dat over deze combinatie uiteindelijk (via de gedoogconstructie) het langste en meest serieus onderhandeld wordt. Dit is natuurlijk geen garantie dat de formatie uiteindelijk ook zal slagen, maar dat acht ik op dit moment wel het meest waarschijnlijk. De voorkeuren van de CDA-ers dragen aan deze verwachting bij: ze zijn kritisch, maar een grote groep staat er relatief positief tegenover, mits het regeerakkoord voldoende garanties t.o.v. de PVV bevat.

    BeantwoordenVerwijderen