De hertelling in Rotterdam geeft een uniek inzicht in de foutmarge die bij het tellen van stemmen geldt. Nu is een probleem met de analyse van de gegevens van de hertelling dat we nog steeds niet weten wat nou de 'echte' uitslag is. Als je nog een keer zou hertellen, zou je waarschijnlijk weer een andere uitslag krijgen. Maar als we het verschil tussen de twee tellingen als indicatie nemen van de foutmarge, krijgen we wel een idee waar we aan moeten denken.
In onderstaande figuur is het aantal stemmen (volgens hertelling) voor een partij afgezet tegen het verschil tussen de twee tellingen. Vrijwel alle partijen bleken na hertelling meer stemmen de hebben gekregen dan in de oorspronkelijke telling was weergegeven. Hoe groter de partij, hoe groter het verschil. De gestippelde regressielijn geeft het verband tussen het aantal stemmen en het verschil aan (Adj. R2=0,6102).
We zien opmerkelijke verschillen tussen de partijen. Zo hebben PvdA en Leefbaar Rotterdam (LR) ongeveer even veel stemmen, maar de PvdA kreeg na hertelling 100 stemmen extra erbij vergeleken met LR. Bij D66 en CDA was het stemmenverschil ook niet zo groot, maar het CDA kreeg er slechts 15 stemmen bij, terwijl D66 er 279 bij kreeg. Een verklaring is wellicht gelegen in het feit dat er in bepaalde stembureaus relatief veel fouten kunnen zijn gemaakt. Hierover presenteert de gemeente echter (vooralsnog) geen cijfers. De verschillen tussen partijen zijn ook niet statistisch significant.
Als we het aantal fouten uitdrukken in een percentage van het aantal stemmen op de partij, krijg je het volgende overzicht. Hier is te zien dat ruim 1% van de stemmen van D66 en GroenLinks oorspronkelijk niet geteld was. Bij het CDA was dit percentage slechts 0,1%. Stel nu het percentage zou 1,3% geweest zijn voor Leefbaar en 0,1% voor de PvdA. In dat geval zou Leefbaar de PvdA voorbij zijn gestreefd. Dat was hier niet het geval, maar het geeft in ieder geval aan dat de hertelling niet onterecht was.
Welke vuistregel moeten we nu hanteren voor het hertellen? De kieswet stelt dat er voor een hertelling een ernstig vermoeden van fouten moet bestaan, welke zouden kunnen resulteren in verschillen in de zetelverdeling. Restzetels worden soms met enkele tientallen stemmen verschil toegewezen aan een partij. In dat geval zou een hertelling dus een ander resultaat op kunnen leveren. Echter, hertelling is eigenlijk alleen mogelijk wanneer een ernstig vermoeden van fouten bestaat. Zonder zo'n vermoeden kan er dus niet worden herteld, terwijl de uitslag in voorkomende gevallen net zo goed anders had kunnen zijn.
De telling vindt niet onder ideale omstandigheden plaats. Hij wordt uitgevoerd door mensen die al een (deel van een) dag op het stembureau hebben gezeten, 's avonds na 21.00 uur en vaak nog onder enige tijdsdruk om het resultaat bekend te kunnen maken. Dan is het niet zo raar dat er hier en daar een fout wordt gemaakt. Helaas zien we dat die fouten wel van invloed kunnen zijn op het eindresultaat. Daarbij is het ook nog zo dat vaak niet de officiële telprocedure wordt gevolgd. In die procedure zijn waarborgen opgenomen, zoals het op verschillende manieren tellen (eerst per lijst, dan per kandidaat, etc.). Het is wellicht dus zaak om die procedures beter onder de aandacht van de stembureau's te brengen. Daarnaast is het wellicht goed om een aantal frisse krachten te laten aanrukken voor het tellen van de stemmen. Bij de laatste Europese verkiezingen heb ik ook geholpen en dat is ook nog eens best gezellig. Dus: wilt u zeker zijn dat uw stem meetelt, tel dan zelf ook mee!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten